2 Koningen 9:17

SVDe wachter nu stond op den toren te Jizreel, en zag den hoop van Jehu, als hij aankwam, en zeide: Ik zie een hoop. Toen zeide Joram: Neem een ruiter, en zend [dien] hunlieden tegemoet, en dat hij zegge: Is het vrede?
WLCוְהַצֹּפֶה֩ עֹמֵ֨ד עַֽל־הַמִּגְדָּ֜ל בְּיִזְרְעֶ֗אל וַיַּ֞רְא אֶת־שִׁפְעַ֤ת יֵהוּא֙ בְּבֹאֹ֔ו וַיֹּ֕אמֶר שִׁפְעַ֖ת אֲנִ֣י רֹאֶ֑ה וַיֹּ֣אמֶר יְהֹורָ֗ם קַ֥ח רַכָּ֛ב וּֽשְׁלַ֥ח לִקְרָאתָ֖ם וְיֹאמַ֥ר הֲשָׁלֹֽום׃
Trans.wəhaṣṣōfeh ‘ōmēḏ ‘al-hammiḡədāl bəyizərə‘e’l wayyarə’ ’eṯ-šifə‘aṯ yēhû’ bəḇō’wō wayyō’mer šifə‘aṯ ’ănî rō’eh wayyō’mer yəhwōrām qaḥ rakāḇ ûšəlaḥ liqərā’ṯām wəyō’mar hăšālwōm:

Algemeen

Zie ook: Jehu (koning), Jizreel, Ruiter (v.e. paard), Vrede

Aantekeningen

De wachter nu stond op den toren te Jizreel, en zag den hoop van Jehu, als hij aankwam, en zeide: Ik zie een hoop. Toen zeide Joram: Neem een ruiter, en zend [dien] hunlieden tegemoet, en dat hij zegge: Is het vrede?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

הַ

-

צֹּפֶה֩

De wachter

עֹמֵ֨ד

nu stond

עַֽל־

op

הַ

-

מִּגְדָּ֜ל

den toren

בְּ

-

יִזְרְעֶ֗אל

te Jizreël

וַ

-

יַּ֞רְא

en zag

אֶת־

-

שִׁפְעַ֤ת

den hoop

יֵהוּא֙

van Jehu

בְּ

-

בֹא֔וֹ

als hij aankwam

וַ

-

יֹּ֕אמֶר

en zeide

שִׁפְעַ֖ת

een hoop

אֲנִ֣י

-

רֹאֶ֑ה

zie

וַ

-

יֹּ֣אמֶר

Toen zeide

יְהוֹרָ֗ם

Joram

קַ֥ח

Neem

רַכָּ֛ב

een ruiter

וּֽ

-

שְׁלַ֥ח

en zend

לִ

-

קְרָאתָ֖ם

hunlieden tegemoet

וְ

-

יֹאמַ֥ר

en dat hij zegge

הֲ

-

שָׁלֽוֹם

Is het vrede


De wachter nu stond op den toren te Jizreel, en zag den hoop van Jehu, als hij aankwam, en zeide: Ik zie een hoop. Toen zeide Joram: Neem een ruiter, en zend [dien] hunlieden tegemoet, en dat hij zegge: Is het vrede?


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!